HomeNieuwsNNZ werkt aan nieuwe generatie verpakkingen

NNZ werkt aan nieuwe generatie verpakkingen

nnzVerpakkingen in soorten en maten zijn er te vinden bij de Groningse verpakkingsspecialist NNZ. Het traditionele omhulsel is er te vinden, maar men zit niet stil bij NNZ. Een nieuwe generatie verpakkingen is in de maak. Het idee oogt gek: een aardbeienbakje met een zoete geur. “We kijken naar de mogelijkheid om geuren aan een verpakking toe te voegen”, zegt NNZ-directeur Len Boot. “Een zoete geur op een bakje aardbeien heeft tot gevolg dat men minder suiker over de aardbeien strooit. Dat is dus alleen maar goed. Zo'n idee is dus zinvol.”

NNZ – vroeger stond die afkorting voor de Noord-Nederlandse Zakkenhandel – uit Groningen zet per jaar meer dan 100 miljoen euro aan verpakkingen om. Dat is heel veel en dat gebeurt via achttien vestigingen in twaalf landen. Binnen NNZ in Groningen bestaat daarom een heuse kraamkamer voor verpakkingen. Grote en kleine ideeën worden op die ontwikkelafdeling ter hand genomen, maar er wordt vooral naar de toekomst gekeken.

Len Boot heeft een bonte verzameling aan afbreekbare verpakkingsproducten voor hem op tafel staan. Het zijn verpakkingen van aardappelzetmeel, van maïszetmeel, van palmbladeren, van oud papier, van jute, noem maar op. “Ze kunnen in de groene afvalbak en zijn binnen zes weken afgebroken in een industriële composteerinrichting”, weet Boot. De verpakkingen zijn herkenbaar aan een speciaal merkteken. NNZ is vooral actief in de agf (aardappelen, groente, fruit).

De afbreekbare verpakkingen worden steeds meer gebruikt, al doet de crisis zich hier ook een beetje gelden. Boot: “Het wordt vooral bij biologisch geteelde producten gebruikt. Die zijn wat duurder en deze verpakkingen ook. Dat maakt dat sommige supermarkten in deze duurdere tijden terugvallen op conventionele – en dus niet-afbreekbare – verpakkingen. Jammer.”

Maar denk niet dat Boot tevreden is met de huidige generatie afbreekbare verpakkingen. “In feite gebruiken we voedsel om verpakkingen te maken”, stelt hij vast. “Is dat eigenlijk wel zinvol? Wij vinden van niet. Maar het is wel een tussenstap naar een volgende vernieuwing.”

Over die vernieuwing wordt volop nagedacht maar ook wordt er al aan gewerkt. Met behulp van bacteriën kan uit afval van levend materiaal (van bananenschil tot garnalenvelletjes) een koolhydraat worden gemaakt die weer als grondstof voor een granulaat dient. Van dat granulaat kunnen verpakkingen worden vervaardigd.

“Maar er kan nog veel meer”, legt Boot uit. “We hebben nu bijvoorbeeld een voedseltechnoloog aan het werk. Die onderzoekt de schil van een appel, van een aardappel maar ook van een banaan. Met die gegevens werken we aan een verpakking die bijvoorbeeld de rijpheid aangeeft van de vrucht. Drie groene stipjes op de verpakking van de banaan worden bijvoorbeeld langzaam roder naarmate de rijpheid toeneemt. Dat is handig voor de consument, zo'n slimme verpakking.”

Aan de aardappelverpakking kunnen een paar druppeltjes oregano-olie worden toegevoegd. Boot: “Dat gaat schimmelwerking tegen.” De invloed van licht op voedsel kan ook gestuurd worden via de verpakking. Zo gaat het ook met de eventueel zoete geur die aan een geurloos bakje aardbeien kan worden toegevoegd. Boot: “Het concept is theoretisch haalbaar. En we willen het nu maar al te graag uitvoeren, ook al omdat het voor de consument nuttig is.”

Bron: Leeuwarder Courant