Hoewel de acute dreiging van een no-deal brexit tot 22 mei is afgewend, duurt de onzekerheid na 33 maanden nog steeds voort. Nederlandse exporteurs merken dat. Sinds het brexitreferendum in 2016 blijft de groei van de Nederlandse export naar het Verenigd Koninkrijk achter bij de export naar andere Europese landen. Door het besluit om de EU te verlaten daalde het Britse pond sterk in waarde. Uit onze analyse blijkt dat dit valuta-effect de waarde van de Nederlandse uitvoer naar het VK in 2018 met bijna 11 miljard euro heeft gedrukt.
Sinds 2016 ligt de groei van de Nederlandse uitvoer naar het VK met 6% beduidend lager dan de exportgroei naar de rest van Europa (+17%). De toename van het goederenuitvoer stagneerde zelfs en de brexit is daarbij een bepalende factor. Door het besluit van uittreding en de economische onzekerheid die dat met zich meebracht, daalde het pond sterk in waarde. Producten van Nederlandse exporteurs zijn hierdoor relatief duurder geworden voor Britse afnemers en dat maakt ze minder concurrerend.
Vooral bedrijven in de landbouw, visserij en industrie hebben last van de brexit. Naast het valuta-effect is er in sommige sectoren vraaguitval doordat Britse bedrijven investeringen uitstellen en consumenten hun hand op de knip houden. Nederlandse bedrijven die exporteren naar het Verenigd Koninkrijk kunnen daardoor druk op hun marges en afzetvolumes ondervinden.
In tegenstelling tot de goederenexport was de groei van de dienstenexport naar het Verenigd Koninkrijk de afgelopen drie jaar meer in lijn met de Europese trend. De Britse vraag naar juridisch advies en accountancy diensten steeg sterk. Dit heeft mogelijk te maken met brexit-voorbereidingen, waarbij Britse bedrijven met activiteiten op het Europese vasteland van advies worden voorzien. Hoewel de groei van het toerisme uit het VK wel duidelijk terugviel in 2018, komen exporterende dienstverleners er hierdoor tot nog toe het beste vanaf.
