De aanvankelijke euforie over de kilometerheffing heeft de afgelopen dagen plaatsgemaakt voor groeiend wantrouwen. Zo kan de geleidelijke afschaffing van de belasting op personenauto's en motorrijwielen (bpm) voor sommige automobilisten nadelig uitpakken. Daarnaast zouden de berekeningen van minister Camiel Eurlings van Verkeer en Waterstaat die aantonen dat de kilometerprijs voor zestig procent van de automobilisten gunstig uitpakt, te rooskleurig zijn.
Vooral tijdens de invoeringsperiode zitten er nogal wat haken en ogen aan het kabinetsplan dat vrijdag is gepresenteerd, stelt de ANWB. ”De geleidelijke afschaffing van de aanschafbelasting bpm kan bijvoorbeeld nadelig uitwerken voor sommige automobilisten”, aldus een woordvoerder. ”De kans bestaat zij daardoor tijdelijk hogere lasten zullen hebben. Er ligt daar voor Eurlings nog een enorme barrière om weg te werken. De automobilist moet erop kunnen vertrouwen dat de tarieven straks niet alsnog worden opgeschroefd om het verlies voor de schatkist te beperken”, aldus de ANWB-woordvoerder.
Nu wordt de bpm bij aanschaf van de auto in één klap vooruit betaalt, na 2012 wordt de opbrengst van bpm en motorrijtuigenbelasting afgebouwd en versleuteld in de kilometerprijs. Bezitters van bestaande auto's waarover bpm (40 procent van de catalogusprijs min 1288 euro, opslag voor diesels) is betaald zijn de dupe: zij betalen ook al fors meer motorrijtuigenbelasting omdat daarin de afbouw van de bpm wordt verrekend, en straks geldt voor hun ook nog eens een hogere kilometerprijs. Daarbij komt dat de marktwaarde van de auto door de afschaffing van de bpm daalt.
Het kostenplaatje dat het departement van Verkeer en Waterstaat heeft opgesteld om de voordelen van de kilometerprijs aan de automobilist te verkopen, wordt inmiddels ook in twijfel getrokken. ”De gemiddelde automobilist, die jaarlijks 12.500 kilometer rijdt, betaalt in het nieuwe systeem 900 in plaats van 800 euro per jaar”, zegt VVD-Kamerlid Charlie Aptroot, fel tegenstander van de kilometerheffing. ”De hardwerkende Nederlander die in de spits naar zijn werk moet en geen alternatief heeft om buiten de spits te reizen, zoals onderwijzers, bouwvakkers en winkelmedewerkers, wordt zwaar getroffen.”
Volgens Aptroot heeft Eurlings in zijn berekeningen bovendien de stijging van provinciale lasten niet meegenomen. De provincies lopen door de kilometerheffing 1,3 miljard euro aan opcenten uit de wegenbelasting mis omdat die wordt afgeschaft. Daarvoor in de plaats komt een nieuwe belasting die niet alleen door automobilisten maar door alle belastingplichtigen moet worden afgedragen. Aptroot: ”Die nieuwe heffing zal voor een gemiddeld huishouden al gauw 200 euro per jaar bedragen.”
De lasten zullen nog verder oplopen doordat de minister de inbouw van de registratiekastjes niet heeft meegerekend, aldus Aptroot. Verder zal de hele operatie volgens hem uitmonden in een gigantische bureaucratische rompslomp. ”De begrootte invoeringkosten van 4 miljard euro zullen ver overschreden worden.”
De ANWB voorziet eveneens een struikelblok in de compensatieregeling voor de provincies. Verder is nog niet duidelijk hoe Eurlings de kilometerprijs bij buitenlandse automobilisten in rekening gaat brengen, aldus de organisatie.
Bron: GPD/Parool