Het metalen blikje bestaat dit jaar 200 jaar. Impress (NVC-lid) heeft samen met andere blikkenfabrikanten en brancheorganisaties het jaar 2010 uitgeroepen tot het ‘Year of the Can' ofwel het jaar van het blik. Met deze mijlpaal wordt een product geëerd dat vandaag de dag overal en in allerlei vormen voorkomt, zoals verfblikken, voedselblikken, aërosolbussen en een breed scala aan specialistische producten.
Het eerste ‘blikje' was in feite een luchtdichte glazen pot die in de 18de eeuw door de Parijzenaar Nicolas Appert werd uitgevonden naar aanleiding van een oproep van de overheid voor een effectieve manier voor het bewaren van voedsel. De prototypes van Appert werden op zee uitgetest door keizer Napoleon de Eerste en zijn soldaten. Appert schrijft dat bij het openen van de potten en het proeven van de inhoud bleek dat ‘elke pot vers was gebleven'. Dit was het begin van het conserveren van voedsel en de naam van Appert leeft voort in de term ‘appertisé' ofwel gesteriliseerd.
Appert deed zijn uitvinding in 1810. In datzelfde jaar gaf koning George III een patent uit voor een metalen blik naar aanleiding van de experimenten die een Engelse uitvinder, Peter Durand, deed met ingeblikte goederen. Durands werk was gebaseerd op het onderzoek van de Franse Philippe Girard vóór 1810. Durand verkocht het patent voor Girard aan twee andere Engelsen, Brian Donkin en John Hall. Deze twee richtten in 1812 de eerste conservenfabriek op in de buurt van Londen. Het jaar daarna hadden de Britse soldaten al profijt van veilig, voedzaam eten, recht uit een blik.
Bron: Impress/NVC